Blogopmaak

Nieuwe alinea

1 februari 1953

duda-wsm • 31 januari 2023

De herinnering van een zesjarige

Het is 1 februari 2023 en ik denk terug aan de storm van 1 februari 1953. Het was een nacht die bij mij, jongetje van 6 jaar, onuitwisbare herinneringen heeft achtergelaten.

 

De dag ervoor werd ik door mijn  ouders vanuit Hilversum meegenomen naar Amsterdam. We gingen op bezoek bij het echtpaar Vermeulen; kennissen die op driehoog een klein donker appartement bewoonden.

Ik ging bepaald niet voor mijn lol mee, maar al kort na binnenkomst gaf gastheer Theo Vermeulen mij een blauw houten zeilbootje dat hij zelf, speciaal voor mij, had gemaakt. Ik was dolgelukkig met dit attribuut en hield het de uren van de visite overgelukkig en vol bewondering in mijn handen. Toen we 's avonds laat op station Muiderpoort lang moesten wachten op de vertraagde trein (model blokkendoos) naar Hilversum, omklemde ik mijn bootje met alle kracht. Mijn ouders hadden mij in de houdgreep, want er was een razende storm opgestoken die sterk genoeg was om mij ‘mee te nemen’. Het waren heel angstige momenten. Een storm als deze is in mijn geheugen van de 64 jaar daarna, niet meer terug te vinden. Ik herinner mij de momenten nog steeds en tot in elk detail.

 

Die nacht bulderde de wind om onze woning en ik was bang, ondanks de veilige plek in mijn bed op de eerste verdieping.  Er ontstond schade in de straat, maar dat betrof ruiten en dakpannen.

Ik kwam is morgens vroeg in mijn pyjamaatje naar beneden en daar zaten mijn ouders bij de radio. Er was iets ergs gebeurd. Hoe of wat, wist ik nog niet, maar de sfeer ademde ontzetting uit. 

 

In die dagen werd mijn broer, die twaalf jaar ouder was dan ik, door de padvinderij opgeroepen om naar Zeeland te gaan om te helpen. Ik huilde, want ik was bang dat hem iets zou overkomen. Ik heb dagen slecht geslapen en huilde opnieuw toe hij thuiskwam; van vreugde.

Mijn broer vertelde van de verschrikkingen die hij had gezien en ik zag het verbijsterde gezicht van mijn ouders.

 

Enige tijd later verscheen het boek ‘de Ramp’ bij ons in huis en ik bekeek de vele foto’s. Ze waren gruwelijk; dode mensen, dode dieren, kapotte huizen, roeiboten op watervlakten, reddingshelikopters. Ik heb het bladeren door het boek vele malen huiverend herhaald. Het sneed in mijn zesjarige zieltje.

 

In tv-uitzendingen van de afgelopen weken werd teruggekeken naar de waarschuwingen die destijds tijdig werden gegeven over de zwakte van de Nederlandse kust. Er werd genegeerd, met een afschuwelijk gevolg. Nu, zeventig jaren later, herken ik de duidelijke veranderingen in ons klimaat. De zeespiegel stijgt snel en ook deze keer zijn we als collectief traag en ongevoelig. Het maakt mij wat ongerust. Ik woon nu al onder het zeeniveau.

 

Het blauwe zeilbootje heb ik niet meer. Het was een prachtig gesneden houtkunstwerkje met een echt zeiltje. Ik heb het vele malen op het water gezet. Het kwam altijd weer terug. Op een dag, bij een heel harde wind, zeilde het van mij vandaan; te ver en het verdween achter de horizon. Mijn cadeautje van 1 februari 1953 was weg en bleef weg. 

 

Het boek ‘De ramp’ heeft als ‘nalatenschap’ nog een plekje in mijn boekenkast. Af en toe kijk ik erin. Nog steeds met een huivering.

 

Op 1 februari van elk jaar besef ik, getekend door de herinneringen uit mijn prille jeugd, welke tragedie in 1953 een deel van ons volk heeft getroffen. Ik besef ook dat ons gezin en onze familie niet hebben geleden. Wij hebben ook niets verloren.

Als zesjarige zou ik zeggen: ‘en mijn mooie blauwe zeilbootje dan?’

 

Dat vaart nu bij Groenland jongen, en het ziet de gletsjers smelten’

 



Share by: